Leuk en lekker warm kindertruitje die redelijk makkelijk te haken is. Hij wordt gehaakt in een voorpand en achterpand met alleen maar halve stokjes, en een aantal vasten. Haak hem in vrolijke kleurtjes met verschillende bolletjes, of haak hem in een stoer effen kleurtje. Ik heb dit patroon geschreven in ongeveer maat 80. Lees verder voor het gratis haakpatroon. Veel haakplezier!
Het haakpatroon van het gele babyvestje vind je hier

Materialen: 5 bollen Scheepjes River Washed XL, haaknaald 5, een stompe naald
(Het truitje is gehaakt met hs, er ging meer garen in dan ik had gedacht dus het patroon is een beetje anders geworden dan ik in mijn hoofd had. Achteraf gezien blijft deze garen niet heel erg mooi na lang dragen/wassen, ik zal een volgende keer ander garen kiezen)
Houd een passend truitje bij de hand, zo kun je controleren of je met de goede maat bezig bent. Je kunt het patroon makkelijk aanpassen door wat steken of toeren toe te voegen of juist weg te laten.

hv – halve vaste
v – vaste
st – stokje
hs – half stokje
ds – dubbel stokje
L – losse
Bold tekst x6 – herhaal 6 keer wat dik gedrukt staat
( ) – totaal aantal steken per toer
Mocht een magische ring niet lukken, dan kun je ook 3 lossen haken, dan gebruik je de eerste losse als ring.

Voorpand:
36l, 1 keerlosse
1/20 – 36hs, 1 keerlosse (36)
Nu start je met een mouw, (haak gewoon verder waar je bent gebleven)
30l, 1 keerlosse (haak ook 30 losse van dezelfde kleur met het andere einde van de bol, of een andere bol. Deze heb je zo nodig als hulpdraad)
21 – 30hs (mouw), 36hs (voorpand), 30hs met hulpdraad (andere mouw), keerlosse
(96)
22/27 – 8v, 80hs, 8v, keerlosse (96)
28 – 8v, 32hs, 1v, keerlosse (41)
29 – Sla de v over, 32hs, 8v, 1 keerlosse (40)
30 – 8v, 31hs, 1v, keerlosse (40)
31 – Sla v over, 31hs, 8v, keerlosse (39)
32 – 8v, 30hs, hv (38)

Herhaal toer 28/32 aan de andere mouw, begin hier ook aan de buitenkant.

Achterpand
36l, 1 keerlosse
1/20 – 36hs, 1 keerlosse (36)
Nu start je met een mouw, (haak gewoon verder waar je bent gebleven)
30l, 1 keerlosse (haak ook 30 losse van dezelfde kleur met het andere einde van de bol, of een andere bol. Deze heb je zo nodig als hulpdraad)
21 – 30hs (mouw), 36hs (achterpandpand), 30hs met hulpdraad (andere mouw), keerlosse (96)
22/31 – 8v, 80hs, 8v, keerlosse
32 – 8v, 30hs, hv (aan beide mouwen)

Leg het voorpand en achterpand op elkaar, de kant die je uiteindelijk aan de buitenkant wilt hebben, leg je nu naar binnen.
Haak of naai met de hand de zijkanten (25v) en de onderkant van de mouwen (30v) aan elkaar. Haak of naai met de hand de bovenkant van de mouwen aan elkaar met 38v. (Mocht je de panden aan elkaar haken, gebruik een naald in een halve maat groter zodat de naden niet te strak worden)
Haak in de hals en uiteinde van de mouwen rondom v. Ik heb bij het uiteinde van de mouwen 2 toeren v gehaakt.